
In zijn antwoord bevestigt de minister-president dat Vlaanderen de BRICS-ontwikkelingen actief opvolgt via het diplomatiek netwerk en analyses van internationale instellingen. De top had een gematigd karakter met klemtoon op thema’s die aansluiten bij Vlaamse en Europese prioriteiten zoals klimaat, gezondheid en AI-governance. Tegelijk blijft BRICS een heterogene groep die zich niet als coherent blok profileert.
Belangrijkste punten uit het antwoord
- Geen koerswijziging nodig, wel alert blijven. De uitkomsten van de top geven geen aanleiding om de Vlaamse regiostrategieën fundamenteel bij te sturen, maar blijvende aandacht is nodig gezien het gewicht van BRICS-landen in bevolking en groei.
- Alternatieve munt is een langetermijnverhaal. De uitwerking staat nog in de beginfase. Eventuele effecten voor ondernemingen situeren zich eerder op langere termijn.
- Kansen én risico’s voor bedrijven. Mogelijke opportuniteiten liggen in handelsfacilitatie en projectfinanciering, maar er zijn ook risico’s zoals valutavolatiliteit en regulatoire onzekerheid. Proactieve risicoanalyse blijft cruciaal.
- EU-spoor blijft doorslaggevend. De EU versterkt economische banden met gelijkgezinde BRICS-landen via akkoorden of onderhandelingen, onder meer met Brazilië (Mercosur), India, Zuid-Afrika, de VAE en Indonesië. Vlaanderen levert daarbij systematisch input.
- FIT houdt vinger aan de pols. Via regiostrategieën en aanwezigheid in meerdere BRICS-landen detecteert FIT kansen tijdig en helpt risico’s te beheersen.
Inge Brocken reageert: “Vlaamse bedrijven hebben nood aan heldere informatie en voorspelbare spelregels. Het is goed dat Vlaanderen nuchter blijft, kansen identificeert en tegelijk de risico’s benoemt. Zo houden we onze internationale concurrentiekracht op peil.”
Meer weten? Lees de volledige schriftelijke vraag nr. 685 en het antwoord van de minister-president.